Nieuws

28 MAA 2014

De KHLim en CAD Limburg stellen Slimkicken.be voor

slimkicken.be

Met de website slimkicken.be willen de CAD Limburg in samenwerking met de innovatiecel eSocialwork van de Katholieke Hogeschool Limburg (KHLim) en de sector een antwoord geven op de nood om personen met minder verbale mogelijkheden te laten nadenken over hun alcohol- en/of cannabisgebruik.

De website richt zich onder meer op jongeren of jongvolwassenen met verstandelijke beperkingen, autisme of mensen met een psychische kwetsbaarheid.

Door gebruik van eenvoudige taal en beelden wordt aangepaste informatie beschikbaar gesteld en kunnen jongeren samen met hun begeleiders aan de slag.

 Met Slimkicken.be kunnen nu ook personen met minder verbale mogelijkheden online aan de slag met hun vragen en bezorgdheden aangaande hun alcohol- en/of cannabisgebruik. Naast een inhoudelijke nood aan aangepaste preventie en ondersteuning, wordt hiermee ook ingespeeld op de verhoogde inzet van internettechnologie in de zorg- en hulpverlening. En Slimkicken.be bewijst hiermee dat ook personen met minder verbale mogelijkheden via dit medium ondersteund kunnen worden. Met het aanbod van toegankelijke informatie en aangepaste oefeningen wordt online hulpverlening ook voor hen mogelijk. Op deze manier is Slimkicken een noodzakelijke aanvulling bij reeds bestaande onlinehulpverlening (vb. Alcoholhulp.be; Cannabishulp.be, …).

Meer lezen: persteksten

14 MAA 2014

Resultaten Global Drug Survey bekend

neknomination

In november 2013 lanceerde de Global Drug Survey zijn jaarlijkse drugsonderzoek en dat was dit jaar groter dan ooit. Wereldwijd werden 80.000 mensen bevraagd. Ook de HoGent en de UGent sprongen op de kar om België te laten deelnemen. Via de Global Drug Survey kunnen onderzoekers een breder en diepgaander beeld krijgen van het drugsgebruik en de gebruikers in België.

In totaal namen 2670 Belgen deel aan de online survey, onder wie twee derde mannen (66,5%). De meeste ondervraagden zijn jonge mensen die veel en graag uitgaan, vaak zelfs één of twee keer per week, met andere woorden 'clubbers'. Het onderzoek slaat dus niet op een doorsnede van de bevolking! 

Van de ondervraagden gebruikte 66,3% minstens één illegale drug in het afgelopen jaar. Iets meer dan de helft gebruikte in de laatste maand minstens één illegale drug.

Niet onverwacht is alcohol de meeste gebruikte drug. Bijna iedereen heeft alcohol gedronken in het laatste jaar. Maar niet voor iedereen blijkt dat zonder problemen te zijn. Meer dan de helft van de alcoholdrinkers vertoont matige tot zeer ernstige indicaties voor problematisch gebruik. Bijna 200 respondenten scoren zelfs in de hoogste categorie, waarbij aangeraden wordt om naar een specialist door te verwijzen en eventueel een behandeling op te starten. Hoewel alcohol drinken zeer ingeburgerd en normaal is in onze maatschappij, is er dus toch een onrustbarende groep van drinkers. 

Van de respondenten heeft 41,8% cannabis gebruikt in het laatste jaar, van wie de helft meer dan 50 keer. De meest gebruikte vormen van cannabis zijn wiet en hasj. De meeste gebruikers kopen hun cannabis bij een dealer, een derde in een coffeeshop en een vijfde kweekt zijn cannabis zelf. Drie vierde rookt cannabis alleen recreationeel. Eén op vijf gebruikt het soms recreationeel en soms om medische redenen. Bijna 30% van de cannabisgebruikers wil liever minder gebruiken. 

België scoort wat betreft andere illegale drugs vrij ‘klassiek’. Het zijn vooral de bekende club drugs die in het laatste jaar gebruikt worden: MDMA (of XTC) (23,6%), cocaïne (19,9%), speed (8,2%) en in mindere mate ketamine (6,5%) en GHB (2%). Vooral ketamine is een sterke stijger in deze lijst en het gebruik ervan dient dus in het oog gehouden te worden. 

Drugpreventie in de uitgaanssector 

Het onderzoek toont aan dat er nood is aan aangepaste drugpreventie en harmreduction in het uitgaansleven; interventies die op maat gesneden zijn van het uitgaansleven. Het concept Quality nights  sluit perfect aan bij die behoefte en wordt ook door de uitgaanssector naar waarde geschat. 

Tot voor enkele jaren was het bijzonder moeilijk om op een integrale manier aan preventie te doen in clubs. Bovendien was de uitgaanssector in het algemeen geen vragende partij voor preventie-initiatieven. Quality Nights heeft daar verandering in gebracht. Momenteel zijn het de uitgaanslocaties zelf die ons benaderen met de vraag om deel te nemen. Bovendien zijn ze bereid om heel wat inspanningen te doen. Waarom? Quality Nights legt de focus op gezondheid in het algemeen en niet op drugs. Bovendien creëert het charter een positief imago voor de clubs en events in de media. Feestvierders vinden het handig en leuk dat ze gebruik kunnen maken van gratis water, oordopjes, enzovoort. Daarnaast verbetert het charter de contacten tussen de clubs/events en het lokale beleid. 

Clubs die interesse hebben in het concept Quality Nights kunnen contact opnemen met onze preventiedienst.

Meer lezen:

Uitgebreide onderzoeksresultaten

21 FEB 2014

Standpunt rond neknomination

neknomination

Wat is Neknomination?

Een drankspel waarbij men voor de camera op een bijzondere manier soms grote hoeveelheden alcohol drinkt op korte tijd. Men gaat elkaar dan uitdagen via sociale media om hetzelfde te doen.

Risicovol?

Je kan dit op dezelfde lijn plaatsen als bingedrinken ( grote hoeveelheden alcohol op korte tijd drinken).

De voornaamste risico’s hiervan zijn:

  • Het controleverlies waardoor je niet meer goed weet wat je doet en risico’s niet meer goed gaat inschatten: roekeloosheid
  • Mogelijks loop je door de grote hoeveelheid ook het risico dat bepaalde lichaamsfuncties stilvallen wat kan leiden tot coma
  • Door de grote hoeveelheid alcohol bestaat zeker bij jongeren de kans op hersenschade. Het denkvermogen en geheugen worden aangetast.
  • Als je dit regelmatig doet, kweek je eigenlijk een alcoholprobleem aan.

We geloven nogal sterk in de kracht van jongeren en hopen dan ook dat er voldoende jongeren rondlopen die hier kritisch over nadenken en er niet automatisch in meegaan. In Nederland en ook bij ons is er een tegenbeweging ontstaan bij jongeren: tracknomination

Daarnaast moeten we ook opletten dat we door de enorme media-aandacht niet onbewust meewerken aan de hype waardoor dit net aantrekkelijk wordt voor sommigen.

Signalen?

Directe aanmeldingen zijn er bij de CAD Limburg niet. We krijgen vragen van organisaties die werken met jongeren over hoe ze met dit fenomeen moeten omgaan. Zij kunnen de kritische geest bij jongeren stimuleren door dit fenomeen te bespreken en er een creatief antwoord op te verzinnen. Er bestaat didactisch materiaal dat je hierbij kan gebruiken en dat je kan uitlenen op het documentatiecentrum van de CAD Limburg (DVD Roes).

DFR

14 FEB 2014

Online hulpverlening en preventie bewijzen hun noodzaak

cad-persconferentie-vandeurzen

CAD Limburg maakt al een aantal jaren gebruik van nieuwe werkvormen om via internet aan preventie en hulpverlening te doen. Vandaag stellen we vast dat deze initiatieven een onmisbare schakel zijn in het aanbod. Minister Jo Vandeurzen blikte samen met ons vooruit op een gezamenlijke persconferentie.

Drugpreventie op het internet

Met drugsbuitenspel richten we ons naar de sportsector. Recent onderzoek (VUB, 2013) leerde ons dat het lidmaatschap van een sportclub een risicofactor is voor wat betreft alcoholgebruik. Daarom informeren we sporters, ouders, clubbestuurders en supporters via deze elektronische leeromgeving.

In maart zal de nieuwe website slimkicken gelanceerd worden. Een interactieve website voor mensen met minder verbale mogelijkheden om samen met een begeleider aan de slag te gaan rond het eigen alcohol- en cannabisgebruik.

We zijn ervan overtuigd dat we in de toekomst nog meer gebruik zullen maken web-based interventies om aan alcohol- en drugpreventie te doen. In dat kader kijken we ook met grote belangstelling naar de toekomst. CAD Limburg zal in samenwerking met partners uit 13 Europese landen participeren aan het project “click for support”. Een project waarin op Europees niveau standaarden zullen worden ontwikkeld voor efficiënte en kwaliteitsvolle preventie via internet.

Alcoholhulp.be

Alcoholhulp werd volledig operationeel in heel Vlaanderen in 2009. Sindsdien kent de website een groeiende populariteit met 519.079 bezoekers in 2013. Een stijging van 56% ten opzichte van 2012.

Wat betreft de deelnemers aan het zelfhulpprogramma en het programma met online begeleiding door een professionele hulpverlener via de chat, zien we dat de verhouding mannen-vrouwen 50-50 is. Doorgans is dit in de ambulante hulpverlening 70-30%.

Bij de deelnemers aan het zelfhulpprogramma heeft meer dan 70% voordien nooit hulp gezocht. Bij de deelnemers aan de online begeleiding zocht voordien ruim 50% geen hulp.

De belangrijkste leeftijdsgroep is die van de 35-55 jarigen, gevolgd door de 25-34 jarigen en 55-64 jarigen. 83% heeft minstens secundair onderwijs gevolgd, waarvan 34% hoger niet-universitair onderwijs en 18% universitair onderwijs. Ook dat is een verschil met de groepen die via het ambulante aanbod worden bereikt, de scholingsgraad ligt er algemeen lager. De meerderheid van de deelnemers (70%) aan het online programma is aan het werk.

Samengevat kan gesteld worden dat er via de online alcoholhulpverlening nieuwe doelgroepen bereikt worden die vaak ondervertegenwoordigd zijn bij de reguliere ambulante hulp. Online bereiken we in verhouding meer vrouwen, werkenden, hoger geschoolden en 50-plussers.

Een aantal deelnemers boekt voldoende vooruitgang om op eigen kracht verder te kunnen. Voor andere deelnemers werkt Alcoholhulp drempelverlagend om verdere hulp te zoeken: ambulant, residentieel of via een zelfhulpgroep.

Effectiviteitsonderzoek onlinehulp

Er zijn Nederlandse effectiviteitsstudies uitgevoerd op vergelijkbare online programma’s voor alcoholproblemen, namelijk bij ‘alcoholdebaas.nl’ (door Marloes Postel, 2011) en bij ‘jellinek.nl’ (door Matthijs Blankers, 2012). Zowel online zelfhulp als online begeleiding bleken effectief, maar het inschakelen van een hulpverlener had duidelijk meer effect, ook op de langere termijn.

Er loopt momenteel een onderzoek (onder supervisie van Prof. Vanderplasschen, UGent) om de effectiviteit van Alcoholhulp na te gaan. Uit de eerste resultaten kunnen we reeds besluiten dat in de onderzochte groep van een 150-tal deelnemers die het programma volledig doorliepen, het gemiddelde alcoholgebruik daalde van gemiddeld 36 eenheden per week naar 6 eenheden per week. 45% van de deelnemers stopte volledig. Ook alcoholgerelateerde klachten zoals depressie, angst, slaapproblemen en dergelijke, namen significant af.

Uitrol onlinehulpverlening in Vlaamse CGG’s

Momenteel loopt een project waarbij de mogelijkheid aan Vlaamse CGG’s geboden wordt om het gebruik van onlinehulp te integreren in hun aanbod. Het gaat dan over het gebruik van het online programma in combinatie met “face to face” contacten, de zogenaamde “blended hulpverlening”.

11 Vlaamse CGG’s hebben interesse in deze werkvorm en zullen via training, intervisies ondersteund worden in de implementatie van het “blended” aanbod.

Vlaams actieplan onlinehulp

Vlaams welzijnsminister Vandeurzen gaf aan het Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin de opdracht om tegen april 2014 voorbereidend werk te doen, gericht op een Vlaams actieplan onlinehulp. Het onlinehulp-onderzoeksteam van de Arteveldehogeschool zal hierbij een coördinerende rol vervullen. Het actieplan richt zich tot de brede waaier van welzijns- en gezondheidszorgsectoren, waaronder CGG’s, verslavingszorg en gezondheidspromotie.

Meer lezen

Perstekst inleiding

perstekts alcoholhulp

DFR

11 FEB 2014

Alcoholgebruik bij helft van de studenten niet zonder risico

De Vereniging voor Alcohol- en andere Drugproblemen (VAD) en onderzoekers en medewerkers van de Associatie Universiteit & Hogescholen Antwerpen, de Universiteit Gent, de Associatie KU Leuven, en de KHLim verzamelden in het voorjaar van 2013 bij bijna 20.000 studenten gegevens over hun gebruik van alcohol, drugs en medicatie. Hieruit werd een representatieve steekproef getrokken van 2.375 studenten. De resultaten tonen aan dat een deel op een verantwoorde manier omgaat met die middelen, maar dat er ook een groep is die indicaties van problematisch gebruik vertoont.

Alcoholgebruik bij mannelijke studenten vaker een risico

Bijna alle studenten drinken alcohol, de één al meer dan de andere. Bier is de meest frequent gebruikte alcoholische drank. Tijdens het academiejaar drinkt iets meer dan de helft van de studenten minstens één keer per week bier. Voor alle alcoholcategorieën (bier, wijn, aperitieven, sterkedrank) valt de frequentie van gebruik wel merkbaar terug in examenperiodes. Volgens de AUDIT-schaal, een meetinstrument van de Wereldgezondheidsorganisatie, vertoont de helft van de studenten risico-indicaties voor problematisch alcoholgebruik. Bij de mannelijke studenten is dit vaker zo dan bij de vrouwelijke. Dat is niet verwonderlijk, want het aandeel mannen dat minstens eens per maand aan bingedrinken doet, ligt ook dubbel zo hoog dan dat van vrouwen en zijn bijna drie keer zoveel mannelijke als vrouwelijke studenten in de voorafgaande zes maanden meer dan drie keer dronken geweest.

De studenten geven voornamelijk ‘positieve’ motieven aan voor het drinken van alcohol, bvb. omdat het feestjes leuker maakt of omdat het een goed gevoel geeft. Tijdens examenperiodes zijn ook motieven om je bijvoorbeeld beter te voelen in stressvolle situaties bij mannen vaker een reden om te drinken dan bij vrouwen.
Tijdens het academiejaar vertonen kotstudenten een hoger risicoprofiel dan thuisstudenten en zelfstandig wonende studenten. Ze drinken vaker, ze doen vaker aan bingedrinken en ze scoren hoger op de AUDIT-schaal. In examenperiodes en in vakantieperiodes is de situatie anders: dan drinken zelfstandig wonende studenten vaker dan kotstudenten en thuisstudenten.

Medicatie in de examenperiodes: stof tot nadenken

Zowel voor stimulerende medicatie als voor kalmeer- en slaapmedicatie stelt gebruik tijdens het afgelopen jaar zich bij ongeveer één op de twintig studenten. Toch is het nodig even stil te staan bij het feit dat deze middelen door een groep studenten zeer frequent gebruikt worden. Dat gaat gedeeltelijk om het therapeutisch gebruik van stimulerende medicatie (bvb. Rilatine®), maar een aantal studenten gebruikt deze in examenperiodes regelmatig als ‘leerpil’. Dit, terwijl het niet-medisch en/of langdurig gebruik van deze middelen niet zonder risico is. Het gebruik van stimulerende medicatie tijdens het aan de bevraging voorgaande jaar ligt bij mannen hoger dan bij vrouwen.
Ook kalmeer- en slaapmedicatie worden door een eerder kleine groep gebruikt, maar ook hier gaat het gebruik omhoog in examenperiodes. Gezien de specifieke risico’s van deze middelen is ook hier voldoende aandacht vanuit preventie en hulpverlening nodig. Het gebruik van kalmeer- en slaapmiddelen tijdens het voorgaande jaar ligt merkelijk hoger bij vrouwen dan bij mannen. Dit kan te maken hebben met het sterker voorkomen van gevoelens van angst en depressie, en van een gebrek aan (zelf)vertrouwen bij vrouwelijke studenten.

Gebruik van cannabis niet zonder risico’s

Bijna een kwart van de studenten gebruikte cannabis in het voorgaande jaar. Mannelijke studenten tellen niet alleen meer gebruikers in het voorbije jaar, maar ook een hoger aandeel regelmatige gebruikers in elk van de drie periodes (academiejaar, examenperiodes, vakantieperiodes). Niet verwonderlijk dat mannelijke gebruikers meer kans hebben op problemen door dit gebruik: bij hen geeft één op de zeven aan dat zij in het voorgaande jaar problemen ondervonden hebben als gevolg van hun cannabisgebruik . Bij de vrouwen is dat minder dan één op de twintig. Hoe hoger de gebruiksfrequentie van cannabis, hoe groter de kans op problemen.

Preventie en hulpverlening voor studenten met risicoprofiel

Middelengebruik is een gegeven in het studentenleven. Een groot deel van de studenten gaat daar op een verantwoorde manier mee om, anderen flirten met risico’s die aan dat gebruik verbonden zijn. Vooral alcohol springt hierbij in het oog: zo kampt een duidelijke groep van de studenten met symptomen van problematisch alcoholgebruik. Vooral het ‘bingedrinken’ werkt sterk risicoverhogend. Binnen de risicogroep onder de studenten vallen zeker ook de dagelijkse gebruikers van cannabis, de dagelijkse gebruikers van slaap- en kalmeermiddelen en de frequente gebruikers van stimulantia als ‘leerpil’ in examenperiodes. Deze studenten met een risicoprofiel op het vlak van alcohol- en druggebruik hebben nood aan preventie en hulpverlening op maat. Gezien de duidelijke indicaties voor risicovol alcoholgebruik, is het hoog tijd dat er wordt gewerkt aan een mentaliteitswijziging. Alcohol moet een minder centrale plaats in de studentenactiviteiten innemen, zonder dat het plezier van het studentenleven daardoor vermindert. In 2012 toonde VAD met de studentencampagne ‘Zwart op wit bewezen’ aan dat uitgaan ook zonder alcohol kan. Het is in de eerste plaats aan de studenten zelf, maar ook aan de instellingen in het hoger onderwijs en de horeca, om hierin hun verantwoordelijkheid op te nemen. Ook al zal het alcoholgebruik na het studentenleven voor de meesten op een lager pitje komen te staan, een deel van de studenten riskeert een levenslang drankprobleem met zich mee te sleuren door de ‘fond’ die tijdens de studententijd werd gelegd.
De studententijd is een periode van nieuwe vrijheden, nieuwe sociale relaties, nieuwe uitgaans- en omgangsvormen. Nieuw kan spannend en leuk zijn, maar voor velen is er ook een keerzijde aan. Een kwart heeft te kampen met een gebrek aan (zelf)vertrouwen, een derde geeft meerdere indicaties aan m.b.t. gevoelens van angst en depressie. Dit is een belangrijk aandachtspunt, voor alle partners rond de student (studentenvoorzieningen, studentenartsen,…). Het is ook belangrijk om de studenten die risicogedrag vertonen, te motiveren om de stap te zetten naar begeleiding. Iets meer dan één op de twintig studenten denkt zelf dat ze mogelijk een probleem hebben, maar ook voor hen blijkt de drempel naar de hulpverlening vaak te hoog. Hiervoor kan een online-aanbod een goed antwoord bieden.

Nuttige websites

druglijn.be

alcoholhulp.be

05 FEB 2014

Alcohol en kanker, de vergeten link

alcohol en kanker

De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) waarschuwde zeer recent voor het groeiend aantal kankervallen in de volgende jaren en decennia. De WHO benadrukte daarbij het belang van de implementatie van efficiënte preventiestrategieën.
De link die dan vaak vergeten wordt, is de link tussen alcohol en kanker. Er bestaat niet zoiets als een veilig consumptieniveau als het gaat over alcohol en kanker!

De eerste overtuigende verbanden tussen alcohol en kanker dateren van 1987. 25 jaar later zijn nog maar 36 % van de EU-burgers zich bewust van deze link. Alcoholische dranken beïnvloeden het spijsverteringsstelsel en dragen bij aan de ontwikkeling van borstkanker.

Gezien het feit dat Europa 's werelds zwaarste drinkregio is , met een aantal Europese landen die een ranking hebben van 2,5 maal het wereldwijde gemiddelde, vraagt dit om een onmiddellijke actie. Eurocare, een Europese organisatie die zich richt op beleidsadvies rond nationaal alcoholbeleid, pleit daarom voor volgende initiatieven:

  • De bijdrage van alcohol aan een waaier van kankers moet beter worden erkend.
  • Er moet werk gemaakt worden van betere publieke informatiecampagnes , meer bewustwording bij gezondheidswerkers en effectieve gezondheidsmaatregelen om de link te benadrukken.
  • het bevorderen van acties om vermijdbare ziekten en sterfgevallen te verminderen

Het Internationaal Agentschap voor Kankeronderzoek benadrukt dat praktijkstudies aantonen dat preventie werkt, maar gepaard moeten gaan met controlemaatregelen. Aangepaste wetgeving speelt een belangrijke rol in het verminderen van risicovol gedrag. Helaas sneuvelden in ons land een aantal concrete maatregelen in die richting …lees meer.

DFR